De bloesjes van mijn moeder - 4
Ze droeg niet heel haar leven alleen maar bloesjes, o nee. Mijn moeder hield wel van kleren, al had ze weinig geld om te kopen wat ze echt wilde. Daarom naaide ze haar eigen garderobe (en die van ons kinderen). Herhaaldelijk vertelde ze me over haar passie voor mooi en verfijnd ondergoed. Ze droeg mooie beha’s en prachtige hemdjes met kantjes. Ik herinner me haar ook in stijlvolle kleren, al had ze daar nooit veel van. Het mooie strakke mantelpakje op zondag als ze naar de kerk ging, witte baret op haar hoofd. Zomerjurken, wijd zwierend om haar benen, met mooi passende strakke lijfjes en tailles. Met en zonder mouwtjes. Rokken natuurlijk, strakke kokerrokken en wijde zomerrokken, met kleine truitjes en ook wel bloesjes. Later kwamen er modernere kleren: t-shirts, broeken, zelfs spijkerbroeken had mijn moeder, maar ook broekrokken. Ze droeg kleurrijke truien, prachtige pakjes van zachte zijdeachtige stoffen op de bruiloften van haar kinderen. Met mooie schoenen erbij zolang dat kon, want later konden haar reumavoeten alleen maar degelijk werk verdragen. Ik was er nooit zo mee bezig, maar ik had een mooie moeder.
De bloesjes werden pas in het laatste deel van haar leven talrijker en standaard. Pakjes, rokken en jurken verdwenen, broeken met bloesjes bleven. De kleuren werden minder vrolijk. Soms had ik het gevoel dat mijn moeder ook vergeten was dat ze van mooie kleuren en zwierigheid hield en dat ze terugviel op saaie en gedekte weeshuiskleuren.