Douchen
Mijn moeder weet dat er gedoucht wordt als ik bij haar geslapen heb. Ze zegt niet meer: “Dat doe ik vanavond thuis wel” of “Dat kan ik zélf wel!”. Vooral als ze met goede zin wakker wordt, is het eerste uur er een van intimiteit. In haar pyjama loopt ze door de kamer en kijkt door de gordijnen heen naar buiten. Elke stap die we vervolgens zetten, begeleid ik, want zelf kan ze het niet meer bedenken. Voordat ze haar onvermogen ontdekt, staan we in de badkamer en help ik haar uit de pyjama. Beslist, liefdevol en met humor en een lach probeer ik alles te doen, al valt het me niet gemakkelijk zo vroeg op de ochtend. Terwijl mijn moeder een ochtendmens is, ben ik dat helemaal niet en ik sta soms nog te tollen van de slaap. Maar er moet gewerkt worden en snel ook. Ik zet mijn moeder op het stoeltje in de douche. Ik laat het water warm worden, wrijf de shampoo in de haren, en laat haar eigen handen ook werken als ze dat nog willen. Vervolgens spoel ik alle zeep weg. Dan zet ik mijn moeder op haar benen, waarbij ze zich aan de greep moet vasthouden omdat we allebei bang zijn, dat ze valt. Mijn schroom is inmiddels verdwenen: steeds meer ben ik me vertrouwd gaan voelen met het lichaam, steeds meer ben ik bereid elk hoekje ervan te verzorgen en schoon te maken, steeds meer vertrouwt mijn moeder mij dat toe. Ik zeep haar van top tot teen in, draaiend om haar lichaam, dat wachtend en krom staat te wachten. Meestal vindt ze dat het halverwege al genoeg is en dan zeg ik: “Wacht even, eerst deze arm nog, wacht even je benen moeten ook nog.” Mijn moeder laat het gewillig gebeuren. Ik moet snel zijn, want het water is geen grote vriend en ik heb kans dat ze vindt dat het allemaal wel genoeg is, voordat alle zeep van het lichaam gespoeld is. Een enkele keer geniet mijn moeder van het warme water op haar lichaam en dan zie ik haar ontspannen. Inmiddels ben ik zelf, nog in mijn nachtshirtje, tamelijk nat, maar dat deert niemand.
Het mooiste moment is het moment ná het douchen. Terwijl ik mijn moeder een handdoek geef, waarmee ze begint te drogen, neem ik er ook een voor een ander deel van het lichaam. Als ik haar haren afdroog, sommeer ik haar om me vast te pakken, zodat ze niet omvalt. En dan legt ze haar oude armen om mijn middel en wrijf ik haar haren goed droog. Ze vindt het heerlijk, dat wrijven op haar hoofd en ik verdubbel het genot door eerst nog lotion in haar hoofdhuid te masseren en daarna de haren nóg een keer stevig af te drogen. Haar hoofd van haar gekrompen lijf komt nog tot mijn borst en héél stil staat mijn moeder met haar oude gerimpelde lichaam tegen me aan en ik zie en voel dat ze geniet van de intimiteit, van de stilte en van het samenzijn. Het is een ogenblik van volkomen vertrouwen, dat me vaak ontroert.
Maar als dan het geworstel begint om in de kleren te komen, ben ik weer een gediplomeerde verzorgende met strategieën. Samen weten we hoe het gaat. De armen in het hemd, het hoofd erdoor. Eerst het ene been, hou je vast, en dan het andere been. De garderobe is versimpeld tot broeken, bloesjes en vesten. Als we tenslotte klaar zijn met het aankleden, vertel ik mijn moeder dat ze even moet wachten omdat ik ook mijzelf moet wassen en aankleden. “Doe maar op je gemak, kind”, zegt ze, maar ik moet heel snel zijn, want ik wil ons broze vriendelijke evenwicht nog even vasthouden en dat lukt niet als ze het lang zelf uit moet zoeken.
Gepubliceerd in: Zorgbelang, Gezond lijfblad voor alle Limburgers, nummer 2, 2012